Voor de 83-ste keer sla ik het beste boekje over het opheffen van de rookverslaving open. Ik lees: ”Stoppen met roken doe je vanuit liefde voor jezelf”. Dat begint al lekker, als ik aan iemand een pokke-hekel heb is het wel aan mij. Zeker tijdens een depressie.
Deze vind ik ook zo mooi: ”Bij crisis (depressie) wordt als zelfmedelijden vermomde zelfhaat (zelfverwijt) bevredigd door de zelfverwennerij van het roken van een sigaret als vermomde zelfdestructie”. Mooi, he? Snap er geen bal van.
Nog eentje dan: ”Het besluit om te stoppen met roken is de stap van slachtoffer van de omstandigheden tot regisseur van je eigen leven”. Prachtig!
Ik had de mazzel vorig jaar zo’n drie maanden in een flinke hypomanie te verkeren. Wat verrukkelijk toch om eindelijk weer eens te leven in plaats van dat rottige óverleven. Even geen angsten te ervaren die mijn leven domineren. Ik praatte met iedereen, bij de bakker, de slager en in de rij voor de boosterprik. Ik maakte verbinding waar ik maar kon en voelde me zoveel minder alleen op de wereld.
Ik at pammetjes als snoepjes om mezelf tot slapen te dwingen. Rond elf uur ’s avonds ging ik knock-out om een paar uur later als een strakgespannen veertje mijn bed weer uit te springen. Ik genoot van de stilte van de nacht en vond het heerlijk dat iedereen z’n kop eindelijk eens hield. En druk dat ik het had! Nachtenlang draaide mijn hersenen overuren. Ik struinde het hele internet af naar kennis over van alles. Ik zocht naar verbanden alsof mijn leven ervan afhing. Dat ging heel soepel, al ben ik nu het meeste wel weer vergeten. Na drie maanden stond de depressie op de voordeur te bonken.
In deze periode besloot ik iets aan een aantal desastreuze gewoonten te gaan doen en deed een Detox bij een verslavingskliniek. Een week opsluiting ergens in Amsterdam, zonder drank en nicotine. Ik dronk te vaak en te veel en steeds meer. Nu ben ik erelid bij de blauwe knoop want ik heb geen druppel meer aangeraakt. Maar na die week, onderweg naar huis, sloeg ik mijn nagels in de toonbank van de eerste de beste sigarenboer. Ik kocht een hele slof van mijn favoriete sigaretten met de vage belofte dat ik zou stoppen als die in rook was opgegaan.
We zijn nu weer een paar maanden verder. De slof is al lang op. De depressie is via de achterdeur afgedropen en ik lees in mijn geweldige stoppen-met-roken-boekje dat ik de angst voor het stoppen moet omarmen. Nou ben ik als de dood voor bangheid, dus deze gaat ook heel lastig worden. Maar het gaat een keer lukken want ik geef niet op. Genoeg voor nu, het is tiet voor een pafke!
Andere columns van Niki Stoker vind je hier