Nieuwe inzichten in hersenfuncties bij kinderen met ADHD

Kinderen (en volwassenen) met ADHD hebben afwijkingen in de witte stofbanen van de hersenen. Hun broers en zussen zonder ADHD vertonen ook lichte afwijkingen. De afwijkingen zijn anders en ernstiger bij patiënten die - naast ADHD - ook een opstandige gedragsstoornis of rookverslaving hebben. Daarnaast blijkt dat de deelnemers (met ADHD) aan het onderzoek een minder goed functionerend werkgeheugen hebben. Dit werkgeheugen kan van invloed zijn op de schoolprestaties. Dit blijkt uit onderzoek van Hanneke van Ewijk waarop zij woensdag 11 maart promoveert.

 

Beter inzicht

Bij vijf tot zeven procent van kinderen wordt ADHD (Attention-Deficit/Hyperactivity Disorder) vastgesteld, waarmee het één van de meest voorkomende psychiatrische stoornissen in de kindertijd is, die vaak voortduurt tot in de volwassenheid. “Dat is veel, “ aldus Hanneke van Ewijk, “het is daarom belangrijk om onderzoek te doen naar de hersenstructuur en - functioneren bij mensen met ADHD, om een beter beeld te krijgen van de oorzaak en voor het ontwikkelen van nieuwe behandelingen”. Omdat de witte stofbanen in de hersenen voor de informatieoverdracht binnen de hersenen zorgen, richtte het onderzoek van Van Ewijk zich daarop. Afwijkingen in die witte stofbanen zouden een oorzaak kunnen zijn voor het afwijkende hersenfunctioneren van mensen met ADHD én een rol kunnen spelen in symptomen van de stoornis en bijkomende problemen.

 

Werkgeheugen

De ADHD-patiënten in het onderzoek (onderdeel van het NeuroIMAGE project, een grootschalige landelijke studie naar ADHD waarbinnen de VU een van de twee centrale onderzoekslocaties is) hadden ook een minder goed functionerend werkgeheugen. Doordat het werkgeheugen belangrijk is bij denkprocessen zoals het onthouden van een telefoonnummer en het uitvoeren van een taak, speelt deze hersenfunctie een grote rol bij het functioneren op school. De resultaten van dit onderzoek kunnen dan ook goed in het onderwijs gebruikt worden om kinderen met ADHD beter te kunnen begeleiden. Van Ewijk: “Daarbij is het wel van belang om elk kind met ADHD als een apart individu te zien, omdat ADHD veel verschillende oorzaken en uitingsvormen kent, met verschillende hersenafwijkingen en uitkomsten op de lange termijn.”

 

Bron:VU (http://www.vu.nl/nl/nieuws-agenda/agenda/2015/jan-mrt/11-maart-h-van-ewijk.asp)