Het aanbieden van cognitieve gedragstherapie aan personen met een ultrahoog risico (UHR) op het ontwikkelen van een psychose is kosteneffectief en leidt tot een halvering van het aantal mensen dat een psychose ontwikkelt, ook na vier jaar. Dit blijkt uit het onderzoek van Helga Ising, waarop zij morgen promoveert.
In het onderzoek (Early Detection Intervention Evaluation) werden jonge mensen die hulp zochten voor een andere stoornis, gescreend op risico van een psychose. Een aantal cliënten met een UHR kreeg een aanvullende, nieuwe behandeling: cognitieve gedragstherapie gecombineerd met psychose-educatie. De cliënten met een UHR in de controlegroep kregen deze aanvullende behandeling niet. De nieuwe interventie halveert de kans op het krijgen van een eerste psychose, en de ernst van de klachten neemt dan duidelijk af. Na vier jaar blijven de gunstige effecten nog steeds behouden. Dat duidt erop dat er niet slechts sprake is van uitstel, maar dat psychoses daadwerkelijk worden voorkómen.
Kosteneffectief
De proactieve interventie is ook kosteneffectief. Het is goedkoper dan helemaal niets doen. Dit geldt voor gezondheidszorgkosten door minder ziekenhuisopnames en een afname van zorggebruik, maar ook door minder arbeidsverzuim in de behandelde groep. Er werd bovendien een nieuw instrument ontwikkeld voor het eenvoudig opsporen van mensen met een UHR op een psychose: de PQ-16. De Prodromal Questionnaire is een handzame vragenlijst met 16 vragen die inmiddels wereldwijd voor dit doel gebruikt wordt.
Meer informatie over het proefschrift in PURE (http://dare.ubvu.vu.nl/handle/1871/55313)
Bron: VU (https://www.vu.nl/nl/nieuws-agenda/agenda/2017/jul-sep/07juli_hk-ising.aspx)
Vond je dit interessant? Misschien is een abonnement op het gratis maandelijkse e-magazine dan iets voor jou! Abonneren kan direct via het inschrijffomulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html)