Wat is de waarde van een professional?

Door: Hans van Essen

 

Over de verpleegkundig specialist en zijn stijgende salaris.

 

Sinds de herfst van 2018 heeft de Verpleegkundig Specialist een mandaat om een DBC goedgekeurd te krijgen en om de komende vijf jaar weer medicijnen voor te schrijven. In reactie daarop is overal een herindeling op gang gekomen: waar eerst salarissen in schaal 60 werden toegekend, wordt dat sindsdien steeds vaker 65.
Het roept de vraag op: op welke manier bepalen we eigenlijk wat een collega waard is? Soms lijkt de markt voor zorgprofessionals met de juiste papieren namelijk net de huizenmarkt. Recruiters gedragen zich als vastgoedcowboys en de juiste BIG registratie is net als een huis in het centrum. Woningen die elders als moeilijk verkoopbaar worden beschouwd door achterstallig onderhoud of indeling zijn door hun ligging in de stad al snel tonnen waard. Men verdringt zich, maar wie er wat verder vanaf staat kijkt hoofdschuddend toe.

 

Het systeem creëert een schijnveiligheid
De beloning volgt op verantwoordelijkheid. Natuurlijk: zo simpel is het. We gebruiken de adviezen van de organisatie FWG om verantwoordelijkheid om te zetten in een beloning en de Verpleegkundig Specialist mag sinds 2018 nu eenmaal regiebehandelaar zijn. Toch wringt er iets. Want, is die verantwoordelijkheid niet vooral iets dat een papieren systeem is? We zijn met zijn allen op zoek naar zekerheid over kwalitatief goede zorg en we maken systemen die daar garantie voor bieden. Of dat nu het systeem Routine Outcome Management is, het systeem Regiebehandelaarschap of het classificatiesysteem DSM: het zijn allemaal pogingen om iets te garanderen aan … tsja, aan wie? Aan wie zijn we die verantwoording schatplichtig? 

Iedereen die nu direct roept: ‘Aan de patiënt!’ moet nog eens goed nadenken. Ieder systeem is discutabel, sommige zijn regelrecht omstreden. Het is in het belang van de patiënt dat zijn behandeling gevolgd wordt door meerdere behandelaren, waaronder minstens één ervaren en goed opgeleide professional. En hier wringt het specifiek bij de Verpleegkundig Specialist: wat een professional mag, moet natuurlijk samenhangen met wat een professional kan. Er zijn echter verschillen tussen de groepen professionals die regiebehandelaar mogen zijn; niet alleen inhoudelijk – dat is juist wenselijk – maar ook in niveau. Het systeem let alleen op het vinkje, niet of de inhoud die het vertegenwoordigt ten goede komt aan de patiënt.

Wie in de lift zit, is al snel optimistisch. Het optimisme over Verpleegkundig Specialisten lijkt wat door te slaan in opportunisme. Een ondersteunend argument is snel gemaakt als de loop van de situatie je goed uitkomt; dan lijkt alles logisch. Zo hoor ik ook Verpleegkundig Specialisten wel eens argumenteren: ‘We zijn academisch opgeleid!’ ‘We voegen het beste van psychologen, artsen en verpleegkundigen samen!’ ‘Een Nurse-driven organisatie sluit het beste aan bij het herstel van de patiënt!’

 

Nauwelijks Master of Science
De waarheid is complexer. Wie naar de inhoud kijkt in plaats van naar het handjeklap waartoe regels ons verplichten, zal niet zo makkelijk een waardering kunnen geven aan een specifiek opgeleide professional. Uiteraard geldt dit eerst en vooral omdat individuele verschillen zeer groot kunnen zijn, maar daarnaast bestaat er ook geen weging die ons kan helpen om waarde toe te kennen aan het werk- en denkniveau dat een professional aan kan.

Het denkniveau van Verpleegkundig Specialisten is een gevoelig punt. Het is een gesprek dat je niet zomaar even bij het koffieapparaat aan gaat, maar dat het gesprek nog zelden gevoerd wordt wil niet zeggen dat het geen onderwerp hoeft te zijn. De opleiding die Verpleegkundig Specialisten krijgen heeft officieel de status van een academie, maar schijn bedriegt. Tot 2014 kenden we een onderscheid tussen hbo-masters en academische masters die zich uitte in het mogen dragen van verschillende titels – dat lijkt voor iedereen die zowel onderwijs op het hbo als op de academie heeft genoten een logisch onderscheid. Het verschil tussen onderwijs gericht op toepassing of onderwijs gericht op denkwijze is wezenlijk verschillend en het levert heel andere competenties op. Bepaald niet ten nadele van het niveau van werken, maar wel ten nadele van het niveau van denken.

 

Een pragmatische professional 
Het denkniveau door de aard van het onderwijs komt direct ten nadele van het vermogen tot klinisch redeneren, oftewel: afstand nemen van eigen en andermans handelen en op rationele wijze onderbouwen welke redenen er zijn voor zorg. Ik weet wel dat Verpleegkundig Specialisten veel onderwijs daarin krijgen, maar helaas: het is niet iets dat je zomaar met een vak ‘Klinisch redeneren’ kunt leren. 

Dat is ook helemaal niet erg, want een Verpleegkundig Specialist is natuurlijk helemaal niet bedoeld als iemand die goed kan redeneren. Sterker nog: waar moet men in dat vakgebied over redeneren? Over verpleegkundige theorie? Die is er nauwelijks, en voor zo ver het wel bestaat zijn het evidente uitspraken die ontleend zijn aan buurdisciplines zoals de psychologie, waar die uitspraken ook echt getest worden. Nee, de Verpleegkundig Specialist is bedoeld als pragmatische professional: precies voldoende opgeleid om verantwoordelijkheid te kunnen dragen. Of zou het andersom zijn, en zou het systeem zich hebben aangepast aan de lokroep van een luide lobby?

Door de regels is de ligging van de Verpleegkundig Specialist in het centrum van de stad terecht gekomen en alle vastgoed in het centrum stijgt in waarde. Toch lijkt er iets in het fundament van het denkniveau dat afwijkt van de professionals met wie we ze nu moeten vergelijken. Het systeem maakt dat echter irrelevant: een regiebehandelaar is een regiebehandelaar, hoezeer het ook pragmatiek uitlokt.

 

Hans van Essen werkt als SPV en klinisch epidemioloog bij Emerhese, het expertisecentrum autisme spectrumstoornissen van GGZ Centraal.

ad 2 ad 2

Reacties
Reactie: (Bauke Koekkoek)
13-6-2019, 22:28
Heel duidelijk Hans, de markt dicteert de waarde - en die hangt niet altijd direct samen met kwaliteit. Het geclaimde MSc-niveau zie ik zelden terug, maar dat geldt natuurlijk net zo hard voor traditionele academische professionals als psychologen en artsen. Saillant detail: de verpleegkundig specialist is lang aan de man/vrouw gebracht als een goedkoop alternatief voor de dokter (taakherschikking leidt tot besparing, zoiets). Onzin natuurlijk, zodra er een nieuwe handeling in het repertoire bijkomt, claimt iedere professional (en zo ook de VS) direct meer salaris. Weg 'besparingen'. Ik gun iedereen zijn/haar salaris en kan het altijd erg waarderen als collega's gewoon zeggen dat ze meer willen verdienen, en zich niet beroepen op het magische niveau van hun opleiding, of de plotseling zo in complexiteit toegenomen taken. [NB: ik ben zelf verpleegkundig specialist dus kinnesinne is - voor zover ik weet - niet de oorsprong van deze instemmende reactie. Ik schrijf dit als belasting betalende burger die een nuchter en betaalbaar zorgsysteem wenst]

Reactie: (Rob Bakker)
11-6-2019, 12:05
Nederland is (samen met Vlaanderen) qua onderwijsinrichting met een verschil tussen HBO en WO, een anomalie in de rest van de wereld. Daarmee doet Nederland haar academici te kort, zo concludeerde de Commissie Toekomstbestendig Hoger Onderwijs Stelsel (Commissie Veerman) in 2010. Een aantal HBO-master opleidingen verdienen op basis van internationale vergelijkingen een MSc-graad. Dat vond ook de minister van OCW. De regering heeft toen de Nuffic gevraagd om een referentielijst voor hbo-opleidingen op te stellen met internationaal herkenbare (opleidingsspecifieke) titels per sector. Volgens de Nuffic is een MSC-graad voor de opleidingen tot VS meer passend. En NA visitatie door de NVAO (dus niets handje klap of andere perverse voorstelling van zaken) verwierven toen de opleidingen tot VS de MSc-graad. De beweringen rond klinisch redeneren zijn te absurdistisch om serieus op te reageren. Hiervoor verwijs in graag naar het nieuwe beroepsprofiel verpleegkundig specialist van VenVN.