Het aantal mensen met een psychische aandoening of kwetsbaarheid is hoog. De vraag naar ggz groeit de komende jaren. Door deze groei neemt de druk op het ggz-aanbod voor kwetsbare mensen met chronisch psychische aandoeningen toe. Zorgverleners spannen zich in en zijn, ondanks de (vaak) hoge werkdruk, betrokken, maar het resultaat is voor de doelgroep nog onvoldoende. Dat concludeert de Inspectie in een rapport dat Staatssecretaris Blokhuis vorige week naar de Tweede Kamer stuurde.
Volgend de Inspectie is de capaciteit van de ambulante zorg vaak niet toereikend en de samenhang in de zorg ontbreekt. De vaak gebrekkige afstemming tussen de huisartsenzorg en de ggz is een van de oorzaken van onvoldoende continuïteit. Hierdoor ontstaan risico’s voor cliënten, bijvoorbeeld bij somatische screening, medicatieveiligheid en de opvang van crises.
Al in 2018 alarmerend rapport
De inspectie maakte in 2018 een alarmerend rapport over gebrek aan samenhang en continuïteit in de (ambulante) ggz. Vervolgens heeft de inspectie bij 6 regio’s in Nederland toezicht gehouden op de zorgnetwerken in de ggz. De manier waarop de ambulante ggz en de samenwerking rondom cliënten met chronisch psychische aandoeningen is ingericht, verschilt per regio. Met dit rapport deelt de inspectie haar bevindingen op 10 thema’s die van invloed zijn op de ontwikkeling van goede zorg in de ambulante ggz.
Met beter afgestemde zorg in de vrijwillige fase van cliënten, kan acute zorg en (gedwongen) opname vaker worden voorkomen. Door ook het sociaal domein hierbij te betrekken, kan de opvang in de thuissituatie voor en ná opname in een ggz-instelling makkelijker plaatsvinden. De doorstroming in de zorg wordt daardoor bevorderd. Hierdoor kunnen wachttijden aan de voorkant worden teruggebracht.
Gedeelde regionale visie en ambitie ontbreekt
De inspectie ziet dat een gedeelde regionale visie en ambitie ontbreekt op het zorgaanbod voor de meest kwetsbare doelgroep in de ggz. Dit geldt zowel op landelijk als op regionaal en/of lokaal niveau. De partijen binnen de zorgnetwerken hebben nog te weinig afspraken gemaakt over het benodigde zorgaanbod. De samenwerking en de verdeling van verantwoordelijkheden binnen de zorgnetwerken komt nog onvoldoende op gang. De inspectie vindt dat meer inspanningen in de zorgnetwerken nodig zijn. Zij spreekt zorgaanbieders en hulpverleners aan op hetgeen binnen hun invloed ligt. Tegelijkertijd is zij van mening dat aan een aantal randvoorwaarden moet worden voldaan. Zij doet hiervoor aanbevelingen aan zorgverzekeraars, gemeenten en het Ministerie van VWS. Alleen met een gemeenschappelijke inzet op meerdere fronten ontstaat een verbetering van de ggz voor een kwetsbare groep cliënten.
In 2020 zal de inspectie haar toezicht op regionale ambulante ggz voortzetten. Doel is de samenwerking in de regio’s te bevorderen en de wachttijden in de ggz terugdringen. Zij werkt hiervoor samen met de NZa en het Toezicht op het Sociaal Domein (TSD).
Het volledige rapport is hier (https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-volksgezondheid-welzijn-en-sport/documenten/rapporten/2020/03/31/meer-samenhang-en-continuteit-in-zorg-nodig-voor-mensen-met-chronisch-psychische-aandoeningen) te vinden.
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief die tweemaal per maand verschijnt dan iets voor jou! Opgeven van je mailadres is voldoende.
Abonneren kan direct via het inschrijffomulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html)