'Je zou de pijn niet meer willen voelen. Dat begrijp ik.'

Paula Blom

Mijn ervaring met suïcidepreventie

 

Mijn dochter van 17 heeft al langere tijd een depressie en is vorig jaar gediagnosticeerd met sociale angst en ASS. Er zijn echter sterke aanwijzingen dat er sprake is van complexe PTSS als gevolg van onveilige hechting, emotionele en psychische mishandeling, een jarenlange conflictscheiding, ouderverstoting en uithuisplaatsing door haar vader. Haar gezondheid is zodanig dat zij niet in staat is om “normaal” naar school te gaan. Na verschillende keren in regulier onderwijs op de HAVO te zijn uitgevallen, gaat zij nu naar een orthopedagogische praktijk voor therapie, begeleiding en om lessen te volgen (op haar niveau en tempo).

 

Contact met politie en Crisisdienst

Begin vorige maand bereikten haar negatieve gedachten een punt dat ze niet meer alleen nadacht over dood willen, maar echt nadacht over de manier waarop. Ze heeft zich al een aantal keer gesneden met een mes en recent ontkende ze de laatste keer dat ze dat had gedaan. Die ontkenning verontruste mij. Toen ze mij ’s nachts om een mes vroeg, heb ik direct hulp ingeschakeld. Alle messen en scharen had ik al op mijn slaapkamer gelegd. Ik zag en voelde aan alles dat ze echt diep zat en was bang dat ze een poging zou doen, met of zonder mes. Ik ontving die nacht de politie in de berging en overlegde met hen en belde met de Crisisdienst. De medewerkster van de Crisisdienst vertelde dat zij als zij langs komen mijn dochter niet persé meenemen voor opname. Ze gaan eerst in gesprek met haar, stellen allerlei vragen. Nu is het zo dat mijn dochter nauwelijks praat en zeker niet met vreemden. Dit zou haar nog veel meer stress gaan geven wist ik en haar daarna eerder een stap dichterbij een zelfmoordpoging brengen dan ervan af. Ik besloot daarom de Crisisdienst niet te laten komen.

 

De dag erna

De dag erna nam ik o.a. contact op met de orthopedagogische praktijk van mijn dochter en met mijn therapeute en een vriendin die in de GGZ werkt. Ik wilde graag handvatten hoe met de situatie om te gaan. De orthopedagogische praktijk gaf aan dat ik na werktijd de Crisisdienst kon bellen. Hoewel ik uitlegde waarom dat voor mijn dochter niet zou werken, bleven ze daarbij, omdat dat nou eenmaal zo in hun veiligheidsprotocol staat.

 

Eén van de behandelaars had mijn dochter uitgevraagd over de gedachtes die zij had, en dat had haar stress alleen maar doen oplopen. Mijn dochter gaf mij daarna heel duidelijk aan dat het haar niet helpt om erover te praten als ze die gedachtes heeft.

 

Erkenning geven

Gelukkig kon ik snel telefonisch terecht bij mijn therapeute. Zij legde mij uit hoe ik zou kunnen reageren naar mijn dochter als zij haar gedachtes uit. Dat ik haar kan uitleggen dat een deel van haar niet meer wil en dat het dan vervelend is als mensen vragen gaan stellen. Dat haar beschermdeel haar wil beschermen tegen pijn en dat er andere manieren zijn om met die pijn om te gaan.

Zolang zij in het vlucht- of vechtdeel zit, heeft het geen zin aanspraak te maken op de frontale cortex, op de cognitieve functies, want die werken dan niet of niet goed. Dit verklaarde voor mij waarom het uitvragen door de therapeute op dat moment niet helpend was.

Wat ik zelf zou kunnen zeggen is bijvoorbeeld “Oh dat zou je echt het liefste willen he, je zou de pijn niet meer willen voelen. Dat begrijp ik. Deze woorden raakten me, want daarmee zou ik mijn dochter erkenning kunnen geven, en empathie. Het mag er dan allemaal gewoon zijn.

Mijn therapeute vertelde dat ze 2-3 jaar een suïcidegroep had geleid en legde uit dat zolang iedereen in de groep dood mocht willen, het oké met ze ging. Dit was een vreemd soort geruststelling voor me.

Ik heb vervolgens een korte maar goede appwisseling gehad met mijn dochter, wat letterlijk ruimte heeft gecreëerd. Vooral heb ik haar daarmee bevestigd in dat het er mag zijn en dat is zo belangrijk.

 

Naar binnen

Daarnaast heb ik de tijd genomen om naar binnen te gaan, in mezelf en te onderzoeken wat ik nodig heb om er echt voor mijn dochter te kunnen zijn. Hiermee bedoel ik vooral hoe ik mijn angsten kan loslaten en deze omzetten in vertrouwen. Want als ik kan reageren vanuit vertrouwen naar haar, haar proces en dat ook daadwerkelijk voel, dan voelt zij dat ook en dat helpt haar. Ik heb geleerd dat niet alleen wat we zeggen over komt, maar ook wat we denken en voelen. Ik heb al verschillende keren mogen ervaren dat als ik mijn angst kan loslaten en mijn dochter het vertrouwen geef en verantwoording voor haar leven, dat dat ruimte creëert voor haar groei. Ik wil steeds meer in mij het besef laten groeien dat dit háár leven is, wát zij ook beslist. Ik ben haar moeder, maar ze is niet mijn bezit. Als het leven echt te ondraaglijk voor haar is, zal ik het moeten accepteren, wat zij ook beslist. En als dit echt is wat zij wil, wat kan ik dan voor haar doen of betekenen?

 

Tijdens het Webinar over suïcidepreventie georganiseerd door Mireille Molenaar op 3 februari mocht ik vertellen over mijn ervaring met mijn dochter. Wat voor haar helpend is en wat juist niet.

Met het delen van mijn bijdrage aan het Webinar, hoop ik dat het wellicht ook anderen – slachtoffers, naasten en betrokken hulpverleners – mag helpen.

(De vrouwen op de foto zijn niet de schrijfster en haar dochter)

moeder en dochter moeder en dochter

Reacties
Reactie: (Judith)
30-8-2021, 21:37
Is het mogelijk om dit webinar terug te kijken?