Bewezen meerwaarde legt het in Lunteren af tegen negatief rendement
Cliënten en behandelaars strijden voor het behoud van een unieke plek in het Nederlandse zorglandschap: het Centrum voor Psychotherapie in Lunteren. De intensieve klinische zorg die daar gegeven wordt aan mensen met persoonlijkheidsstoornissen lijkt een te hoge kostenpost te worden. Staat het centrum daarmee symbool voor een trend van ambulantisering in de Nederlandse ggz?
In stilte lijkt zich een proces van ‘deklinisering’ binnen de ggz af te spelen: intensieve klinische zorg wordt steeds verder afgebouwd. Deze maand kwam het bericht dat PsyQ en I-Psy in Amsterdam binnenkort gaan sluiten. Bij Arkin in Amsterdam is flink gesneden in de drie- en vijfdaagse deeltijdbehandeling. En Scelta in Apeldoorn stopt met ingang van september 2022 met het aanbieden van klinische behandelingen. Zo blijven er maar drie of vier instellingen in Nederland over. Het feit dat de raad van bestuur van Pro Persona het voornemen heeft uitgesproken om per 1 juli de deuren van het Centrum voor Psychotherapie (CvP) in Lunteren te sluiten, lijkt nu de druppel. Behandelaars en cliënten zwijgen niet meer. Ze weten de media goed te vinden. Er is een petitie gestart (https://actie.degoedezaak.org/petitions/houd-het-centrum-voor-psychotherapie-open) om de raad van bestuur van Pro Persona op andere gedachten te brengen. Daarnaast wordt op Facebook, Instagram en Twitter actie gevoerd onder het motto #HoudCvPOpen!. MIND werkt in opdracht van het ministerie van VWS nu aan een sluitingsprotocol (https://www.ggztotaal.nl/nw-29166-7-4008578/nieuws/oproep_tot_sluitingsprotocol_na_voorgenomen_sluiting_centrum_voor_psychotherapie.html) voor klinische instellingen. GroenLinks heeft Kamervragen (https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2022Z05070&did=2022D10397) gesteld over de landelijke trend binnen de ggz. En verschillende beroepsverenigingen – waaronder de Psychiater Expertgroep Persoonlijkheidsstoornissen – spreken zich uit. Lijkt het tij te keren? GGZTotaal duikt in de casus CvP.
Zorgverzekeraars
Het Centrum voor Psychotherapie in Lunteren bestaat sinds 1949 en kent een rijke historie, maar kort voor haar 75-jarig bestaan dreigt het doek te vallen. Het voorgenomen besluit van Pro Persona lijkt een strategische keuze om meer te sturen op ambulant aanbod én op meer hulp aan regionale cliënten. Van de 135 cliënten die jaarlijks bij het Centrum voor Psychotherapie in Lunteren worden geholpen, is bijna de helft ‘bovenregionaal’. De reden voor deze strategische keuze is financieel, zegt Marc Verbraak. Hij is klinisch psycholoog en lid raad van bestuur bij Pro Persona. “Ik heb gemerkt dat het CvP door cliënten op handen wordt gedragen. Dat is echt hartverwarmend, zeker ook naar de behandelaars toe. De andere kant is dat wij de afgelopen jaren een negatief rendement op onze zorg draaiden. Simpel gezegd: Pro Persona maakt verlies. Jaren op rij hebben we meer zorg geleverd dan waarvoor we vergoeding krijgen van de zorgverzekeraars. Dat hou je op termijn niet vol.” In de onderhandelingen met de verzekeraars heeft Pro Persona aangegeven de zorgbudgetten in te gaan zetten om minder cliënten met complexe problemen te behandelen voor een hogere prijs. “De behandelingen in het CvP – een klein onderdeel van Pro Persona, dat twintigduizend cliënten op jaarbasis behandeld – zijn relatief duur. Voor één cliënt in het CvP kunnen we vier tot vijf regionale cliënten met complexe problemen ambulant behandelen. Dat is het bittere financiële verhaal.” Om dat vorm te geven, vraagt het bestuur aan de behandelstaf om mee te denken hoe het klinische aanbod in Lunteren kan worden doorvertaald richting intensieve multidisciplinaire, maar ambulante behandelingen binnen de regio’s, zo vertelt Verbraak.
De cliëntenraad (CR) en de ondernemingsraad (OR) moeten nog een advies geven over het besluit van de raad van bestuur. Een sociaal plan voor het personeel lag er al, dat heeft Pro Persona sowieso. Begin maart kwam de raad van bestuur naar Lunteren om de boodschap persoonlijk aan medewerkers en cliënten te vertellen. Het werd een emotioneel gesprek, vertelt psychiater Dominique van de Loo. “We waren verbaasd. We voelden ons ontredderd, gepasseerd, niet gezien.” De behandelstaf voelt zich niet betrokken bij het besluit en richt nu haar pijlen op het overeind houden van het centrum, legt Van de Loo uit. “De strijdlust voert de boventoon.”
Steun aan elkaar
“Talloze studies hebben de meerwaarde bewezen van een klinische setting in de behandeling van persoonlijkheidsproblematiek”, zo betoogt Van de Loo. “Het therapeutisch milieu – waarbij cliënten ook samen zijn in de avonduren – speelt daarbij een belangrijke rol.” De 28-jarige Dana uit Nijmegen kan dat onderschrijven. Zij was cliënt in het CvP van juni 2020 tot september 2021. Zij werd behandeld voor een vermijdende persoonlijkheidsstoornis en daaruit volgende depressies. Het feit dat ze diabetes type I heeft verergerde de mentale klachten alleen maar. “Het is niet zo dat die na 17.00 stoppen en ’s morgens weer terugkomen”, zo vat Dana kernachtig samen. “Ik heb de meeste hulp gehaald uit die uren ’s avonds, met zijn allen in de woonkamer. Je hebt echt steun aan elkaar. Af en toe mis ik dat nog wel eens. Het was een veilige plek. Je mag daar vallen en opstaan, huilen en lachen. Ik heb er hele goede gesprekken gevoerd met mijn ouders, mijn beste vriendin en mijn zusje. Ik heb ook vriendschappen overgehouden uit mijn tijd in Lunteren. Op een mooie manier combineer je je eigen leven met therapie. Dat is heel anders dan na een behandelingssessie van een uurtje weer naar huis te moeten.”
Zorgstandaard
Inmiddels gaat het heel goed met Dana, ze heeft haar studie pedagogiek weer opgepakt. Dat komt onder andere, zeg ze zelf, “doordat ik heb geleerd hoe ik mijn grenzen en behoeften kan uiten en doordat ik heb ervaren dat ik er mag zijn om wie ik ben.” Dana liep sinds 2016 ‘in de ggz’. Dat is relatief nog kort: Een cliënt die naar het CvP komt heeft gemiddeld zeven jaar en zeven of acht behandeltrajecten achter de rug. Het centrum is de laatste schakel van de ketenzorg en is – op een positieve wijze – vaak het eindstation: maar zo’n tien procent komt na de behandeling nog elders in de zorg, zo tonen CvP-behandelaars. Hier vindt écht herstel plaats, ziet Dominique van de Loo: “Het is belangrijk om in Nederland een aantal van deze bovenregionale specialistische centra te hebben. De zorg die we hier bieden is ook een van de stappen die is opgenomen in de zorgstandaard.” Dat laatste benadrukt ook de Psychiater Expertgroep Persoonlijkheidsstoornissen (PePs) in een brief van 20 maart aan het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, waarin ze haar zorg uitspreekt over de sluiting van klinische bedden. ‘Als zodanig is klinische psychotherapie, na zorgvuldige overwegingen, nadrukkelijk opgenomen in de huidige Zorgstandaard Persoonlijkheidsstoornissen en de recent herziene Multidisciplinaire Richtlijn Persoonlijkheidsstoornissen’, aldus PePs.
Doorstart
Naast een behandelplek heeft het CvP ook een belangrijke waarde als opleidingsplek, zo betoogt de staf. Er zijn in het centrum vier opleidelingen per jaar. Voor een arts in opleiding tot psychiater is het een unieke plek om psychotherapie te leren. Het zou zonde zijn als dit verdwijnt, vindt de staf. Maar Dominique van de Loo maakt zich ook zorgen om haar collega’s als het CvP uit elkaar zou vallen. “Voor mij als psychiater is overal wel plaats, maar de waarde van vaktherapeuten – beeldend therapeuten, PMT’ers, systeemtherapeuten – wordt op veel plekken onderschat. Dat geldt ook voor de verpleegkundigen die hier als sociotherapeut werken. Die hebben heel intensief contact met cliënten. Dat is uniek werk.” Dominique van de Loo bepleit daarom een doorstart voor het centrum, mogelijk onder de vlag van een andere zorginstelling. Maar die laatste optie wordt heel lastig, betoogt bestuurder Marc Verbraak. ”Een overname betekent ook dat er budget van de zorgverzekeraar overgaat. Het is er ons nou juist om te doen dat vrij te maken voor meer regionale cliënten. Er is ook niet veel belangstelling van collega-instellingen. De meesten kampen met dezelfde budgettaire krapte.” Het is de reden dat de staf van het CvP in gesprek wil met de zorgverzekeraar maar die geeft tot nu toe niet thuis, zegt Van de Loo.
Oplossingen?
Er lijkt dus weer een stip op de klinische kaart te gaan verdwijnen. Dat heeft weinig invloed op de totale wachtlijsten bij deze psychische aandoeningen, zo merkte Marc Verbraak in het verleden. Maar dat het beddenaanbod in Nederland schraler wordt, daarover maakt iedereen zich zorgen. Zeker cliënten. Dana: “Ik heb de declaraties over mijn behandeling bij de zorgverzekeraar gezien. Dat zijn een flinke bedragen! Maar daar zijn best oplossingen voor te verzinnen, denk ik. De boel opschorten is niet de oplossing, want dan verschuif je het probleem. Dan komen er meer suïcidepogingen of mensen gaan jarenlang in ambulante therapieën zitten. Dat kost ook heel veel geld.”