Vierjarigen die slecht slapen hebben een hoger risico op psychische problemen op zesjarige leeftijd dan leeftijdgenootjes met een ongestoorde nachtrust. Omgekeerd is een soortgelijk effect merkbaar, jonge kinderen met psychische hebben vaker een slaapstoornis. Vroege herkenning kan zorgen voor corrigerende maatregelen.
Peuters die er lang over doen om in slaap te vallen of vaak wakker worden gedurende de nacht hebben menig ouder op de proef gesteld. Vermoeide ouders wordt vaak verteld dat deze problemen horen bij de peutertijd, maar dit is niet voor ieder kind het geval. Noorse onderzoekers hebben een uitgebreide enquête gehouden onder ouders van zo’n 1.000 peuters.
Veel invloed
De studie toont aan dat vierjarigen die slaapstoornissen hebben een hoger risico lopen op psychische problemen dan kinderen die goed slapen.. Zij hebben een verhoogd risico op symptomen van angst, depressie, ADHD en gedragsstoornissen als zesjarigen. Silje Steinsbekk, Associate Professor en psycholoog NTNU in het Departement psychologie: ”Het is op zich normaal dat kinderen periodes hebben waarin ze slecht slapen, maar voor sommige kinderen zijn de problemen zo groot dat ze een slaapstoornis ontwikkelen. Uit ons onderzoek blijkt dat het belangrijk is om kinderen met slaapstoornissen vroegtijdig te herkennen, zodat er corrigerende maatregelen kunnen worden getroffen. Slecht of te kort slapen heeft veel invloed op het dagelijks leven van het kind, maar ook gevolgen op lange termijn.”
Wederkerig
Uit eerder onderzoek van Silje Steinsbekk is gebleken dat vierjarigen die slaapstoornissen hebben ook vaak verschijnselen van psychische problemen laten zien. De nieuwe studie, onlangs gepubliceerd in de Journal of Developmental & Behavioral Pediatrics, geeft aan dat de correlatie tussen slaapstoornissen en psychiatrische stoornissen zowel over langere tijd te vinden is als ook wederkerig is: vierjarigen die psychiatrische symptomen vertonen een groter risico lopen op het ontwikkelen van een slaapstoornis als zesjarige, vergeleken met kinderen die niet dit soort symptomen laten zien. Een mogelijke verklaring voor deze wederkerigheid kan zijn dat beide condities biologisch bepaald zijn, bijvoorbeeld door gemeenschappelijke onderliggende genetica. Een andere verklaring kan zijn dat te weinig slapen zorgt voor een algemene functionele stoornis, die de kans op andere problemen vergroot.
Zelfde risicofactoren
Een andere mogelijkheid is dat slaapstoornissen en psychische problemen dezelfde risicofactoren delen. Een kind dat tekenen van angst vertoont of gedragsproblemen heeft komt gemakkelijk in een vicieuze cirkel met de ouders terecht, waar het conflict met volwassenen angst triggert. Dat kan op zijn beurt leiden tot moeite om in slaap te vallen. Het kan ook zo zijn dat moeilijke en negatieve gedachten zowel energie als slaap kosten en kinderen onrustig en druk maakt.
Diagnostische interviews
Het is bekend dat zo’n 20 tot 40 procent van de jonge kinderen problemen heeft met slapen op de één of andere manier, maar het ontbreekt aan gegevens over hoeveel van hen lijden aan een echte slaapstoornis. De onderzoekers hielden diagnostische interviews met de ouders van de 1000 kinderen die deelnamen aan de studie. Het interview was gebaseerd op de DSM-IV. De ouders van ongeveer 800 van deze kinderen werden twee jaar later weer geïnterviewd. In het diagnostische interview werden ouders heel precies bevraagd, zodat er kan worden geconcludeerd of er symptomen aanwezig waren of niet.
Vroegtijdige behandeling
Kinderen die lijden aan slapeloosheid hebben moeite met in slaap vallen en worden frequent wakker. Insomnia werd in 16,6 procent van de ondervraagde vierjarigen gediagnosticeerd en is daarmee de meest voorkomende slaapstoornis. Bijna de helft van deze kinderen had op zesjarige leeftijd nog steeds deze problemen. Voorbeelden van andere soorten slaapstoornissen zijn hypersomnia, dat wil zeggen een extreme drang om te slapen, en verschillende gevallen van parasomnia, zoals nachtmerries, nachtangst en slaapwandelen. Deze omstandigheden zijn zeldzaam en uit de studie blijkt dat, met uitzondering van slaapwandelen, ze een korter leven zijn beschoren.
”Gezien het feit dat zoveel kinderen last hebben van slapeloosheid, en slechts iets meer dan de helft er overheen groeit, is het belangrijk om te zorgen voor gedegen diagnostiek en een goede behandeling. Misschien dat ook vroegtijdige behandeling van psychische problemen kan voorkomen dat een kind een slaapstoornis ontwikkelt. Psychiatrische symptomen verhogen immers het risico op slapeloosheid,” zegt Steinsbekk, er op wijzend dat dit iets is dat onderzocht moet worden in verder onderzoek.
De studie maakt deel uit van een longitudinale studie in Trondheim dat de invloed, progressie en risicofactoren bestudeert voor de ontwikkeling van psychische problemen bij kinderen.
Bron: www.sciencedaily.com via Vakblad vroeg