Er is veel te doen over onze emotionele gezondheid tijdens de COVID-19-pandemie. Anne-Kathrin Brehl, onderzoeker bij het Radboudumc, onderzocht of angstige mensen meer of juist minder klachten ervaren in de loop van de lockdown. Wat blijkt: de mensen die van nature geneigd zijn zich vaker terug te trekken, waren tijdens de pandemie juist minder angstig. Dit blijkt uit hun resultaten, nu gepubliceerd in Journal of Affective Disorders Reports.
Anne-Kathrin Brehl, onderzoeker bij het Donders Institute for Brain, Cognition and Behaviour, deel van het Radboudumc, beëindigde net voor de coronapandemie in Nederland aankwam een studie met 250 mensen die verhoogd scoorden op angstschalen, maar daarmee nog niet voldeden aan een angststoornis.
Brehl had geluk, want ze had zo gegevens die ze prima kon vergelijken met een onderzoek naar angst tijdens de pandemie. Zouden deze mensen door de pandemie een verhoogd risico hebben om door te schieten naar een angststoornis? Brehl nam contact op met de proefpersonen voor een vervolgonderzoek, en stuurde de deelnemers regelmatig online enquêtes om ze te vragen naar hun angst-, stress- en depressieniveaus.
Emotionele strategieën hebben voorspellende gaven
De voorspelling van Brehl en haar collega’s was dat haar proefpersonen tijdens de pandemie nog meer last van angstsymptomen zouden krijgen. Opvallend genoeg bleek hun angst slechts licht toe te nemen. Daarnaast bleek het omgaan met emoties belangrijk, zegt Brehl. “Deze emotionele strategieën kunnen voorspellen hoe mensen omgaan met een stressvolle situatie en hoeveel angst ze daarbij ervaren”, zegt Brehl. “Het copingmechanisme, hoe je omgaat met je emoties, is belangrijker dan je algehele neiging om als persoon angstig te worden.”
Die bevindingen leren onderzoekers meer over angst in de context van de pandemie. “We zagen dat mensen die ook voor de pandemie geneigd waren zich terug te trekken, minder angst ervaren tijdens de lockdown”, zegt Brehl. “Terwijl deelnemers die anders omgaan met angst juist angstiger werden.”
Heroverweging van omgang met emoties
Sinds in maart 2020 de maatregelen tegen het coronavirus van kracht werden, raakten veel meer mensen dan normaal op zichzelf aangewezen. Dat vraagt om het heroverwegen van manieren om met emoties om te gaan. Iedereen heeft ‘goede’ en ‘slechte’ copingmechanismen, en hoewel we terugtrekgedrag meestal zien als een slechte, ‘onaangepaste’ strategie, kun je je afvragen wat goed en slecht is nu we allemáál gedwongen thuis zitten, zegt Brehl. “Mensen die omgingen met hun angstklachten door het contact met anderen te vermijden, lieten dankzij de lockdown ineens een afname zien op het gebied van angst. Zij hebben tijdens deze pandemie dus juist een voorsprong. In deze situatie lijkt het een plus wanneer je je minder prettig voelt bij sociaal contact.”
Omgaan met angst
Brehl denkt dat haar onderzoek bijdraagt aan de kennis over het omgaan met emoties tijdens deze ongeëvenaarde tijd. Tegelijkertijd relativeert haar onderzoek ook andere onderzoeken. “Veel corona-studies hebben geen meting van voor de pandemie, dus moeten we voorzichtig zijn met het interpreteren van gevonden resultaten.”
Blijkbaar is het niet altijd slecht om angstig te zijn, zegt Brehl. “Een angstig persoon kan nog steeds prima functioneren. Het gaat om je emotionele strategie. Je hoeft geen last te hebben van angst, zo lang je weet hoe je ermee moet omgaan.”
Publicatie in Journal of Affective Disorders Reports: Maladaptive emotion regulation strategies in a vulnerable population predict increased anxiety during the Covid-19 pandemic: A pseudo-prospective study - Anne-Kathrin Brehl, Aart Schene, Nils Kohn, Guillén Fernández.