Uit nieuw onderzoek blijkt dat sociaal werkers meer aandacht besteden aan psychische gezondheid, sociaal netwerken, wonen en leefbaarheid, financiën en huiselijke relaties. Het aanpakken van deze sociale problemen wordt bovendien steeds complexer door corona en de veranderde wetgeving. Daarnaast zien we dat opvallend veel werknemers binnen vijf jaar de sector willen verlaten. Dit blijkt uit de raadpleging ‘De stand van het sociaal werk in Nederland’ van Movisie onder 662 sociaal werkers, die op 20 mei 2021 verscheen.
Uit ‘De stand van het sociaal werk in Nederland’ blijkt dat de coronacrisis een van de factoren is waarom sociale problematiek in de maatschappij complexer is geworden. Sociaal werkers zien ook de transitie en de veranderende visie en maatschappelijke veranderingen als oorzaak: de verwachting dat mensen meer zelfredzaam moeten zijn, beroep moeten doen op het sociaal netwerk en (langer) zelfstandig thuis wonen. Met de transities, waarbij gemeenten verantwoordelijk zijn geworden voor de Wmo, Jeugdwet en Participatiewet, zijn ook regionale en lokale verschillen ontstaan in hoe het sociaal werk wordt georganiseerd. Dit zien we terug in de vele functienamen die sociaal werkers hebben.
Overbelasting en verzuim
Bij de dagelijkse uitvoering van het sociaal werk is de grootste rol van de gemeente die van opdrachtgever en van financier. Een meerderheid (62 procent) van de sociaal werkers geeft aan dat er financiële tekorten zijn in de gemeente waar ze werken. De financiële tekorten hebben grotendeels een negatieve invloed op de uitoefening van het werk van sociaal werkers. Veel professionals noemen dat bij bezuinigingen vaak het (toenemende complexe) werk met minder professionals moet worden uitgevoerd. Er komt bovendien meer nadruk op het verantwoorden van het werk en we zien administratie en regeldruk toenemen. Deze aspecten houden verband met overbelasting, met verzuim als gevolg. Tegelijkertijd heeft dit ook invloed op de kwaliteit van de hulp- en dienstverlening.
Spanningen door aanbestedingen
Door middel van aanbestedingen kopen gemeenten zorg en ondersteuning in om de taken in het sociaal domein uit te voeren. 59 procent van de organisaties waarbij de sociaal werkers in dienst zijn heeft te maken heeft met aanbestedingen. Het aanbesteden brengt voor welzijnsorganisaties, professionals, inwoners en samenwerkingspartners spanningen met zich mee. De aanbestedingen leiden ten eerste tot veel onzekerheid, bijvoorbeeld over het behouden van je baan, waardoor de continuïteit van de ondersteuning en hulpverlening aan cliënten en inwoners in gevaar komt.
Grote verbondenheid
Uit arbeidsonderzoek bleek al dat veel werknemers binnen vijf jaar de sociale sector wil verlaten. Dit beeld wordt in ‘De stand van het sociaal werk in Nederland’ bevestigd. Bijna 20% zegt niet meer als sociaal werker te willen werken, 40 procent twijfelt. Onderzoeker Sonja Liefhebber: ‘Het nodigt nadrukkelijk uit om in te zetten op oplossingsrichtingen die dit tij kunnen keren, zoals zorgen dat sociaal werkers meer tijd kunnen besteden aan de inhoudelijke kern van het werk. De verbondenheid van sociaal werkers met de mensen waarmee en waarvoor ze werken is groot. Maar liefst 70 procent van de sociaal werkers voelt zich heel erg verbonden met de doelgroep. Zij ervaren door de coronacrisis minder voldoening, omdat ze hun werk op afstand moeten uitvoeren. Maar we zien ook trots bij veel sociaal werkers dat zij er in deze tijd toch voor mensen in een kwetsbare positie kunnen zijn. Het belang van het sociaal werk is volgens sommigen zichtbaarder geworden.’
Bron: Persbericht Movisie
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijffomulier, Opgeven van je mailadres is voldoende.
Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.