Een interview met de maakster en één van de hoofdpersonen
Documentairemaakster en ggz-manager Ingrid Kamerling maakte dit jaar twee indrukwekkende documentaires die onlangs te zien waren bij de NPO: Echo, over cliënten en behandelaars in de TBS, en Blue Monday over drie mensen die vertellen over hun ervaringen met psychose. José Hoekstra ging naar de première van Blue Monday op het Filmfestival in Utrecht en interviewde de maakster, en Joyce, één van de hoofdpersonen. Op beide films volgt een campagnetour door het land langs theaters en ggz-instellingen om meer aandacht te vragen voor de mens achter het ziektebeeld.
Meer dan ziekte alleen
Ingrid: “Doordat mijn tante Susanne Reifenschweiler psychoses meemaakte en daar een boek ’Salemonde’ over schreef ben ik al jong in aanraking gekomen met een andere kijk op psychose. Voorheen maakte ik toneel, en kreeg ik haar dagboeken om op basis daarvan voorstellingen te maken. Daardoor kreeg ik al wel het idee dat psychose meer is dan ziekte alleen. Nadat ik de film “In het hoofd van mijn zusje” had gemaakt kwam ik in contact met meer mensen die zo tegen hun psychose aankijken. Ik ontmoette Jerry, die ook in de film te zien is, die in zijn psychose de boodschap doorkreeg dat zijn vader niet zijn biologische vader was. Toen hij dit uitzocht bleek het waar te zijn.
Ik wilde mensen laten zien met hun talenten, mensen die zich in de ggz niet altijd serieus genomen voelen, niet gezien. We hebben bewust gekozen voor een subtiele aanpak, je ziet het verhaal van de drie hoofdpersonen, die ik in totaal twee jaar volgde. We laten daarom verder geen deskundigen aan het woord, het verhaal zelf is de boodschap. De titel werd Blue Monday, de donkerste dag, omdat een psychose zo’n diep dal lijkt. Maar gaandeweg, tijdens het filmen, ontstond er eigenlijk ook een ander beeld, er gebeurt zoveel meer in psychose.
Signaalfunctie
Jerry en Chester zijn met hun verhaal wat toegankelijker voor de kijkers, Joyce, voor wie de psychoses ook duidelijk een spiritueel verhaal vertellen, staat wat verder af van sommige kijkers die niets met spiritualiteit hebben. Toch hoop ik dat Jerry, die eigenlijk het “bewijs” levert van de film, mensen ook ontvankelijker maakt voor het verhaal van Joyce. Ik ben ervan overtuigd dat Joyce echt contact heeft met een andere dimensie. Is dat dan het probleem, of is het een probleem dat mensen dit als onzin en gekte wegzetten? Ik denk eigenlijk het laatste. Misschien hebben veel mensen in de psychiatrie wel een signaalfunctie voor onze maatschappij. Er zijn veel gevoelige, creatieve mensen die in de ggz belanden. Wat zien zij dat wij niet zien? Wat is hun boodschap? Wat kunnen zij bijdragen?”
Joyce: “Mijn spirituele ontwikkeling begon al een paar jaar voordat ik psychotisch werd. Ik had psychologie gestudeerd maar stond vanaf mijn puberteit niet goed in contact met mezelf. Dankzij het gebruik van het plantmedicijn Ayahuasca maakte ik een mooie ontwikkeling mee, ik kon werken aan blokkades en emoties, vond mijn kracht terug, kwam in mijn centrum te staan, in mijn lijf. Er werd ook een kundaliniproces ontketend, met heel veel energie door mijn lichaam. Veel viel op zijn plek.
Het verlies van zielsdelen
Een aantal jaar later was er een periode waarin ik in korte tijd vier dierbaren verloor. Ik werd erg inactief en lag maanden op mijn bed, ik had het gevoel: hier moet ik doorheen. Ik ging vervolgens op een pelgrimstocht, waarop ik het gevoel kreeg dat alles wat ik dacht te weten wegviel. Er was veel energie, ik ging veel beelden zien. Ik had minder goed contact met mijn lichaam. Het voelde als een desintegratie. Dit werd mijn eerste psychotische ervaring die ervoor zorgde dat ik niet meer kon bewegen. Uiteindelijk leidde dat tot een bommetje dat afging, de energie schoot uit mijn lichaam. In de psychose waren er verschillende tijdlijnen tegelijkertijd. Flarden en stukken uit verschillende tijden, ook vorige levens. Ik had het gevoel dat ik zielsstukken terug moest zien te krijgen, die door trauma verloren waren geraakt.
Op een gegeven moment kon mijn lichaam het niet meer aan, de expressie kon niet meer naar buiten, en richtte zich naar binnen. Daardoor werd ik een gevaar voor mezelf, kon ik mezelf iets aandoen, en daarom werd ik opgenomen.
In de ggz heb ik me rotter gevoeld dan ooit, ik werd er suïcidaal, ook al waren er wel liefdevolle mensen. Als psychologe was ik al bezig met sjamanisme, met de vraag wat natuurreligies zijn. Bovendien keerde ik me steeds meer af van het gegeven dat de psychologie zich veel bezighoudt met het winstoogmerk. Dat kwam ik ook in de ggz tegen, daarom was het voor mij een heel onnatuurlijke omgeving. Er begon een vuurtje te doven in mij.
In de film zie je me ook vertraagd, onder de medicijnen. Die medicijnen hebben een dempende werking op beelden en gedachten. Maar ik kom uit de wereld van de psychedelica – daar is het echt raar dat je geen beelden mag ervaren! In andere culturen hoort dat gewoon bij het leven.
Mezelf weer bundelen
Ik ervaar nog steeds energieën en geesten, voor mij is dat heel normaal. De wereld dient zich aan bij mij op die manier. Werken met geesten, door hen naar de andere kant te begeleiden brengt me juist ook weer bij mijn centrum. Het is wel belangrijk mezelf weer te kunnen bundelen, mezelf te kunnen openen, maar ook weer sluiten. Dat doe ik bijvoorbeeld door middel van rituelen met een kaars en veren. Ik let op de signalen, als ik voel dat ik slechter in contact met mijn lichaam kom te staan bijvoorbeeld en weet nu ook dat ik dan goed voor mezelf moet zorgen, hulp kan vragen van vrienden eventueel.
Op dit moment volg ik een opleiding yogafilosofie. Ik zie de overeenkomsten in de verschillende tradities en kan daar ook respect voor opbrengen. Ik hoop echt dat dit verhaal ook gezien gaat worden.”
Blue Monday en Echo op tournee
Ingrid: “Op beide films volgt een campagnetour. Met Echo gaan we de theaters in waar behandelaars en Tbs’ers samen theater gaan maken, zoals je ook in de film ziet. Met Blue Monday willen we naar GGZ-instellingen, om daar de film te vertonen, in het bijzijn van (één van) de hoofdpersonen, waarna we dan ook het gesprek aangaan. We willen vooral een brug slaan tussen behandelaars en mensen die psychose ervaren, zodat hun verhaal meer gezien wordt. Mogelijk gaan we ook een kaartspel ontwikkelen voor de instellingen waarmee je ruimte kunt scheppen voor cliënten om te gaan praten over hun ervaringen in psychose. Dat gebeurt nu nog veel te weinig. Ik hoop daar met de film en de campagne een bijdrage aan te kunnen leveren.”
Beide films zijn terug te zien op NPO Start: Blue Monday en Echo.