Per 1 januari konden ggz-aanbieders geen zorg meer declareren. Van de Autoriteit Persoonsgegevens mochten zij geen DSM-hoofdgroep codes en gb ggz-profielen meer op hun facturen zetten. En zonder die gegevens betalen de zorgverzekeraars niet uit. De paniek was groot, met name bij zelfstandigen en kleine praktijken. Het leek erop dat er maandenlang geen inkomsten binnen zouden komen, want een nieuwe regeling is er waarschijnlijk pas in april. Een zorginfarct dreigde, maar inmiddels is er een tijdelijke oplossing gevonden.
De juridische verplichting om de gegevens op de declaratie te zetten en met de zorgverzekeraars te delen was tot 31 december 2024 opgenomen in de NZa-regeling Geestelijke gezondheidszorg en forensische zorg 2024 (NR/REG-2418a). De regeling gold tot 1 januari 2025. Daarna mochten aanbieders de info niet meer op hun facturen zetten. Volgens VWS en de landsadvocaat bleef het juridisch mogelijk, maar alle brancheorganisaties betwistten die grondslag en raadden aan het niet te doen. De kans bestond dat cliënten procedures zouden aanspannen wegens schending van het beroepsgeheim... Dus iedereen keek naar Den Haag voor een oplossing. Maar een nieuwe regeling laat nog maanden op zich wachten, verklaarde staatssecretaris Vincent Karremans van VWS begin januari. Dat betekende wachten met declareren en dus mogelijk liquiditeitsproblemen.
Schrijnende verhalen
Toen ontstond de paniek. De petitie Laat de GGZ ook vanaf 1 januari 2025 normaal declareren van psychologen Mariëtte Wapenaar en Kirsten Copier werd duizenden keren getekend. En GGZ Totaal deed twee weken geleden een oproep. We ontvingen veel reacties. Het waren schrijnende verhalen, vaak van beginnende aanbieders met een eigen praktijk. “Sinds april 2024 ben ik gestart met een eigen praktijk”, mailde GZ-psycholoog Floor van der Linden. “Na een jaar van opbouwen hoopte ik in 2025 enigszins financiële stabiliteit te bereiken. Helaas kan ik als startende praktijkhouder momenteel ongeveer twee maanden vooruit, waarna ik geen financiële middelen meer heb om mijn salaris en de vaste lasten van mijn praktijk te betalen. Ik zou dan bij familieleden moeten aankloppen om rond te komen. Het voelt machteloos, want wat kan ik als eenpitter doen om hier verandering in te brengen?” Deze reactie is typerend voor veel verhalen die binnenkwamen.
Dreigend zorginfarct
Als de reacties representatief zijn, dan dreigde een zorginfarct. “Het is angstig en onzeker en ik overweeg heel sterk om nu tijdelijk ergens anders te gaan werken, om maar wel een doorstroom van geld te hebben. Daarmee zou ik mijn cliënten duperen, onze wachtlijst en beschikbaarheid”, schreef de net afgestudeerde psychotherapeut Sanne, die voor zichzelf in een maatschap werkt. “Ik ben bang dat hoe langer deze impasse er is, hoe meer de wachtlijsten gaan oplopen, hoe meer problemen er voor cliënten en behandelaren ontstaan.” Een andere vrijgevestigde psychotherapeut (die niet bij naam wil worden genoemd) meldt iets soortgelijks. “We zullen straks op zoek moeten naar andere manieren om geld te verdienen. Dus maken we daar tijd voor vrij. Praktijken kunnen straks minder en soms zelfs helemaal geen nieuwe cliënten aannemen.” En Renee Swagerman-Feijen, gz-psycholoog met een eigen praktijk, schrijft: “Ik werk grotendeels ongecontracteerd en heb daardoor geen mogelijkheid tot voorschotten van zorgverzekeraars, maar mag de facturen ook niet doorsturen naar cliënten. Mijn buffer is als jonge praktijk niet groot, de kosten van de praktijk lopen door (sterker nog: alle contributies komen in januari!). ”
Toestemmingsverklaringen
Uit een hoop reacties bleek dat het veld al instak op wat nu in een tijdelijke oplossing is geregeld: het laten tekenen van privacyverklaringen. Renee Swagerman-Feijen heeft de afgelopen maanden door iedereen privacy- danwel toestemmingsverklaringen laten tekenen in de veronderstelling voorbereid te zijn. Net als Dick Corstens. Hij schrijft: “Ik heb alle patiënten een privacyverklaring laten tekenen als zzp-psychiater. Is dat niet dé oplossing voor het probleem?”
Dat was het. In ieder geval tijdelijk. Zo bleek op de avond van 21 januari. Toen bereikten Zorgverzekeraars Nederland (ZN), de Landelijks Vereniging Vrijgevestigde Psychologen en Psychiaters (NVvP), de Nederlandse ggz, Meer GGZ en MIND een akkoord over een oplossing voor de declaratieproblemen. Zorgaanbieders kunnen een door de cliënt ingevulde standaardtoestemmingsverklaring – die inmiddels is afgestemd met VWS – aan het dossier toe te voegen. Daarna kunnen zij direct weer declaraties indienen bij hun zorgverzekeraars. Dit geldt voor nieuwe consulten in 2025 en nieuwe behandeltrajecten, maar ook voor bestaande behandelingen die in 2024 zijn gestart. Dit geldt zowel voor gecontracteerde als voor niet-gecontracteerde zorg.
Opt-out
Deze zogenaamde ‘opt-in constructie’ gaat uiteraard alleen op als de cliënt expliciet toestemming verleent. Als dat niet zo is, kan de aanbieder een ‘opt-out’ laten tekenen via een standaard addendum privacyverklaring. Die verklaring gaat over de DSM-hoofdgroep of het gb ggz-profiel. Er moet ook een opt-out over de zorgvraagtypering worden getekend via de NZa-privacyverklaring 2025. Na toevoegen van beide documenten aan het dossier kan de ggz-aanbieder weer declareren bij de zorgverzekeraar. Maar let op! Beide verklaringen zijn geldig tot het moment dat de nieuwe VWS-regeling van kracht wordt. Daarna moet de cliënt waarschijnlijk een nieuwe verklaring invullen en ondertekenen. De opt-out verklaringen zijn geldig voor zowel gecontracteerde als niet-gecontracteerde zorg.
De standaard Toestemmingsverklaring Zorgprestatiemodel is hier te downloaden. De standaard Addendum Privacyverklaring Zorgprestatiemodel is hier te downloaden. Ze kunnen per direct worden gebruikt.
Grote instellingen
Deze tijdelijke oplossingen zijn gekozen voor eenpitters, vrijgevestigden of kleine praktijken, om ervoor te zorgen dat ze niet al te veel administratieve last krijgen. Voor grote instellingen – met een omzet van meer dan 10 miljoen – hebben de zorgverzekeraars en de brancheorganisaties een andere regeling bedacht. Zij kunnen een beroep doen op ‘bevoorschotting’ van de verzekeraars. Dat wil zeggen: de zorgverzekeraar betaalt de instelling vooraf voor de behandelingen, en die dient de declaraties in bij de zorgverzekeraar zodra de definitieve regeling van VWS er is.
Zorgvraagtypering
Ondertussen wordt er gewerkt aan een structurele oplossing tot 2027. Zorgaanbieders blijven verplicht om gegevens over de DSM-hoofdgroep of het gb ggz-profiel van de patiënt te registreren en te vermelden op de factuur aan de zorgverzekeraar. Dat is te lezen in het besluit van VWS dat op 19 december naar de Tweede Kamer is gestuurd. De zorgvraagtypering blijkt vooralsnog geen alternatief voor de DSM-diagnoses op de declaraties. Of die dat ooit zal zijn, moet onder andere blijken uit de bodemprocedure die de coalitie Vertrouwen in de GGZ hierover voert tegen de NZa. Als de rechter zou oordelen dat dataverzameling via HONOS+ lijsten onrechtmatig is, zou de wettelijke basis onder de zorgvraagtypering vervallen.
Lees ook andere artikelen over declaratieperikelen in de ggz
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.