‘Elk mens is op zichzelf een universum, tuimelend in eindeloze duisternis’, zegt de voice-over aan het begin van de surrealistische film. Vervolgens tast je als kijker anderhalf uur naar waarheden of ankers, maar die blijken er helemaal niet te zijn. Zelfs de ontknoping is raadselachtig. Leendert Douma recenseert de film Mr. K. van Tallulah Schwab.
Stel je voor: Je zit in een gebouw – een hotel in dit geval – en je kunt de uitgang niet vinden. Ondertussen komt er een volledige fanfare uit een klein deurtje marcheren om je daarna voortdurend te achtervolgen. In de linnenkast en onder het bed: overal zijn mensen verstopt om je in de gaten te houden. En dan wordt je opeens door een menigte bestempeld tot verlosser... De film Mr. K. van de Nederlands/Noorse regisseuse Tallulah Hazekamp Schwab voelt aan als één lange psychose. Hoe langer die duurt, hoe verder je van de realiteit en de waarheid lijkt af te drijven.
Nacht in hotel
Het overkomt meneer K., die niet geheel toevallig is vernoemt naar de hoofdpersonen uit de boeken Het Proces en Het Slot van Franz Kafka. Hij is een aan lager wal geraakte illusionist die voor een klus een nacht in een hotel moet verblijven. Als K. de volgende dag wakker wordt, blijken alle hotelgangen dood te lopen. Hij kan de uitgang niet meer vinden. En achter elke deur die hij open doet, schuilt weer een nieuw universum. Zo zijn er twee Engelse Victoriaanse dames die een hang hebben naar alles wat Frans is. Na een andere deur belandt hij voor dagen, weken of misschien wel maanden in de alledaagse waanzin van de ontbijtkeuken, waar alles draait om het klaarmaken van maar één product: eieren. K. maakt er vrienden, wordt verleid door de dochter van de chef-kok, maakt carrière en wordt uiteindelijk gezien als De Verlosser. Totdat de menigte zich tegen hem keert en hij weer op zoek gaat naar de uitgang van het hotel.
Levend organisme
Dat moet ook wel, want het gebouw begint te piepen, te sissen en te kraken. Ruiten springen. Deurposten kraken. De gangen en de kamers worden steeds smaller. Het hotel krimpt! Als K. achter de muren kijkt, doet hij een bizarre ontdekking. Het hotel blijkt een levend organisme, met zenuwen en bloedbanen achter de muren – zo lijkt het wel. De paniek breekt uit en dan krijgt de psychose pas echt angstaanjagende proporties. Tegen het eind krijgt het surrealistische verhaal een nog bizarder einde, maar daar zal ik je niks van verraden.
Zonderling
Meneer K. wordt gespeeld door Crispin Glover, die in de jaren tachtig bekend werd als de vader in Back To The Future. Hij is de vleesgeworden zonderling, geen A4 persoon en absoluut niet standaard – en dat past precies bij zijn rol in Mr. K. Een beetje onbeholpen probeert hij steeds het heft in handen te nemen, maar telkens weer mislukt dat. Dan moet hij de onvoorspelbare gang van zaken maar gewoon over zich heen laten komen. Ook dat is haast kafkaësk: K. is de speelbal van machten waar we geen controle over hebben. In de boeken van de Tsjechische schrijver is dat Het Systeem. In de film van de Noors-Nederlandse regisseuse zijn dat meer de sociale conventies en menselijke (non-)interacties. Maar of het nou het een of het ander is, het maakt het onmogelijk om grip te krijgen op het leven.
Associaties
Er zijn genoeg associaties die je bij Mr. K. kan hebben. Het duidelijkst zijn uitbundige films als Brazil van Monty Python-animator Terry Gilliam, Delicatessen van het Franse duo Caro en Jeunet of de fantasiewerelden die regisseur Tim Burton uitrolt, maar ook de claustrofobische waanzin van Eraserhead van David Lynch of het volledige surrealistische oeuvre van Luis Bunuel. Het is een feest om naar te kijken. Maar je vraagt je wel af wáár je naar zit te kijken. Is die ‘verlosser’ religieus bedoeld? Zijn die scenes in de keuken een metafoor voor het hedendaags kapitalisme? Staat het ‘levende’ hotel symbool voor de klimaatcrisis? Gaat het over mentale aandoeningen, waanzin of menselijke onmacht? Wat is de mens en wat is dat universum waar Schwab het in het begin over heeft?
Anekdotes
Het mooie is dat de regisseur/scenarist er geen antwoord op geeft. Zij is niet geïnteresseerd in absolute waarheden. Zij vindt het interessanter hoe jij of ik de film interpreteert. In interviews vertelt ze vooral anekdotes, bijvoorbeeld hoe ze bij de dokter zit en daar een deur hoog in de muur ziet met een ladder daarnaartoe. ‘Interessant’, denkt ze bij zichzelf en vergeet helemaal waarom ze bij haar huisarts zit. Of ze vertelt een jeugdverhaal over de buurman van haar tante, die de weg kwijt was. “Toen de ggz hem kwam halen, stapte hij in een kast. Hij stak daar zijn ogen uit, vanuit een soort kinderlijke logica: als ik hen niet zie, zien zij mij ook niet. Dat de wereld in je hoofd zo kan veranderen, is me altijd bijgebleven.”
Misschien moeten we die twee associaties annex anekdotes maar als een begin van verklaring zien. Een echte waarheid valt niet te achterhalen. Want net als je denkt dat je die te pakken hebt, gaat er weer een nieuwe deur open in dit bizarre levende hotel.
-
Lees alle filmrecensies op GGZ Totaal
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.