Ik zit hier in rust en voel mijn hart bonken in mijn lijf. Ik tel. 124 hartslagen per minuut. Angst giert door mijn lichaam. Omdat ik heel erg probeer realistisch te zijn dwingt me dat toe te geven dat ik op deze vroege ochtend al vijf bakken koffie op heb ongeveer acht sigaretten heb gerookt en de temperatuur al boven de 30 graden is.
Ik voer een doorlopend gevecht tegen mijn groeiende paranoia. Ladingen medicijnen moeten mijn bipolariteit, borderline persoonlijkheidsstoornis en CPTSS uit me zien te drijven. Binnen een week. Geen verbetering is terug naar huis. Ik neem nog maar een extra pammetje.
De huwelijksdag was als een middelmatig toneelstuk waarin ik als enige blanke een rol had. Op de heenreis naar Banjul zat ik samen met mijn getuige en twee kinderen in mijn witte, Afrikaanse trouwjurk tegen mijn portier geplakt. Wegens ruimtegebrek en overmatig zweten. Voorin reed mijn aanstaande en praatte onafgebroken in zijn voor mij onverstaanbare taal tegen zijn getuige, die hij lang niet gezien had. Op de achterbank waren we al snel uitgepraat. Dan is een rit van anderhalf uur erg lang.
De trouwplechtigheid stelde niet veel voor. Toen wij, de twee getuigen en zijn twee kinderen het trouwzaaltje betraden leek het in niets op een plechtige ruimte. We waren gelukkig op tijd maar moesten wachten. Als wachten hier niet je tweede natuur is word het je dood nog eens. Af en toe opende een deur en slofte er iemand naar een andere deur. De schoonmaakster? Langs de muren stonden wat stoelen en iets over de helft stond een langwerpige, afgebladderde tafel. Eén van de twee ventilatoren maakte slome slagen. Onvoldoende voor ook maar enige verkoeling. Na zo’n twintig minuten rondhangen kwam er wat beweging in de tent. Een vrouw ontvouwde een tafelkleed waardoor het geheel als bij toverslag meer aanzien kreeg. Een ander plaatste de twee grootste stoelen voor de tafel en vier andere plastic stoelen daarachter. Verdomd, het leek ergens op.
Ik heb ‘ja’ gezegd naar aanleiding van een voorgelezen papiertje waarvan ik de helft niet verstond. Ik vermoedde iets te vernemen over de Islam en vertrouwde op mijn atheïsme De man die het voorlas keek té serieus, maakte leesfouten en keek ons amper aan. Was het misschien zijn eerste keer? Van de straat geplukt omdat de echte ambtenaar plots ziek geworden was?. Mijn ‘yes’ kwam er iets te zacht uit maar niemand die dat merkte want ik lachte er mijn liefste lach bij. Iets later werd er een kleedje neer gelegd voor mijn kersverse, prachtige echtgenoot en terwijl hij de ring om mijn vinger schoof beloofde hij me de meest trotse vrouw op de aardbol te maken. Heel even dacht ik nog: ‘ja, dat zeggen ze allemaal’, maar dieper van binnen wist ik dat hij de waarheid sprak.
Wat volgde was de grootste strijd in mij ooit. Alle diagnosen die ik ooit kreeg tijdens mijn leven draaide overuren. Alle angsten namen buitenproportionele vormen aan. Allemaal. Mijn paranoia nam het over. Ik ‘realiseerde’ me de meest vreselijke dingen en zag daarvoor zelfs bewijzen geleverd worden. Nou had ik het geluk de allerbeste psychiater van de wereld (ja ja, een Gambiaan!) als vriend te hebben. Mijn man’s hele family heeft me gesteund met hun niet aflaatbare liefde voor mij. Samen met iedereen en een extreme dosering Seroquel heb ik uiteindelijk alles doorleefd, begrepen en bij het grofvuil gezet.
Op dit moment ben ik in Nederland om mijn vertrek hier goed te regelen. Mijn enkeltje naar Afrika ligt al klaar. Ik ben er thuis gekomen zoals ik nooit eerder een plek had. Natuurlijk vragen mensen me bezorgd of ik misschien niet een tikkie manisch ben en ik moet toegeven dat ik die angst met ze deel. Het cliché: de tijd zal het leren, is hierop van toepassing. Hoe dan ook is mijn hart tot rust gekomen en stap ik binnenkort als vrije, blije vrouw op het vliegtuig naar mijn Afrikaanse thuis. De meest trotse dame van de wereld.
Lees hier andere columns van Niki Stoker