Hoe effectief zijn depressie- en suïcidepreventie programma’s op scholen? Dat onderzocht Mandy Gijzen (Erasmus School of Social and Behavioral Sciences) in haar proefschrift. Ze deed een analyse van 11 verschillende programma’s en deed onderzoek naar de STORM-aanpak in Oost-Brabant. Ook voegde ze nieuwe elementen toe zoals een serious game en een gesprekstraining voor docenten. Gijzen promoveerde donderdag 9 maart op haar proefschrift ‘STORM: Prevention of depression and suicidal thoughts and behaviors in adolescents’.
Het is een keiharde realiteit, maar onder jongeren is suïcide de belangrijkste doodsoorzaak. Zelfdoding komt bij jongeren minder vaak voor dan bij volwassenen, maar de impact op omgeving is groot. Het signaleren van depressiviteit en suïcidale gedachten kan levens redden. Daarom is er de laatste jaren steeds meer aandacht voor depressiepreventie. Mandy Gijzen deed onderzoek naar de effectiviteit van programma’s die gericht zijn op preventie. Ze deed ook onderzoek naar de STORM-aanpak in Oost-Brabant. Eerder onderzoek van Karlijn Heesen liet veelbelovende resultaten zien en Stichting 113 Zelfmoordpreventie is STORM daarom in meerdere regio’s aan het uitrollen.
De STORM-aanpak richt zich op depressie- en suïcidepreventie in het voortgezet onderwijs. Gemeenten, scholen, jeugdhulpverlening GGZ en GGD, werken hierbij samen. De GGD screent scholieren door hen digitaal vragen te laten beantwoorden. Jongeren met acute suïcidaliteit worden binnen 48 uur doorverwezen voor behandeling. De jongeren met depressieve klachten krijgen het preventieprogramma ‘Op Volle Kracht’ aangeboden. Dat is een training voor jongeren die niet lekker in hun vel zitten.
Moving stories
Aanvullend op de bestaande STORM-aanpak kregen de docenten een training over gespreksvaardigheden. De leerlingen volgden een les met een ervaringsdeskundige. Voorafgaand aan de les speelden de leerlingen vijf dagen ‘Moving Stories’. Dat is een serious game waarin de spelers net als bij als het bekende spel de ‘Sims’ door een huis kunnen rondlopen. Daar komen ze in aanraking met Lisa, die met sombere gedachten kampt. In het spel werken ze aan hun relatiescore. “Al spelend leren ze dat je gewoon het gesprek kan aangaan met iemand die somber is. Lisa reageert niet direct positief, maar wel meer als je met haar hebt gepraat. Zo krijgen ze onbewust mee dat het goed is voor de relatie wanneer je iemand vraagt waar hij behoefte aan heeft”, vertelt Gijzen.
In de les met de ervaringsdeskundige kunnen leerlingen vragen stellen, ook over iets wat ze opviel aan Lisa uit het spel. Op die manier leren ze hoe een depressie eruitziet en hoe ze er het beste mee om kunnen gaan. Denk aan hoe ze het gesprek aan kunnen gaan, maar ook wanneer het verstandiger is een volwassene in te schakelen. Gijzen was bij deze lessen en dat maakte indruk: “Jongeren zijn heel ongefilterd en durven extreem persoonlijke vragen stellen. Een meisje vroeg: Hoe kan het je er nog bent als je vroeger dood wou? Daar keek ik wel even van op, maar het was heel bijzonder om bij die gesprekken te zijn.”
Stel de vraag
Het belangrijkste is dat het stigma rondom depressie en suïcide wordt doorbroken en dat het bespreekbaar wordt. Daarop is ook de ‘gatekeepers training’ voor docenten gericht. Docenten leren daar hoe ze het gesprek kunnen beginnen wanneer ze een depressie of suïcidale gedachten vermoeden. Ook wordt met een aantal veelvoorkomende mythes afgerekend. “Leraren zijn bang dat ze jongeren op ideeën brengen wanneer ze erover beginnen. Dat is echt niet zo. Je kunt gewoon vragen: denk je weleens aan zelfdoding?”
De promovendus maakte ook een analyse van 11 andere onderzoeken naar het effect van vergelijkbare preventieprogramma’s. Die effecten zijn relatief klein, maar wel significant. Voor Gijzen laat dat zien dat inzetten op preventie loont. “Ieder mensenleven dat je kunt redden is er een. Bovendien heeft depressie op jongeren vaak meer impact en werken de gevolgen langer door dan bij volwassenen. Ook programma’s die gericht waren op depressie in plaats van suïcidaliteit blijken het aantal zelfdodingen te verminderen. Dat is een mooie nieuwe bevinding van mijn studie.”
Samenwerking verbeterd
Het onderzoek in Oost-Brabant laat zien dat de STORM-aanpak de samenwerking tussen scholen, gemeenten en zorgpartijen (GGD, GGZ en hulpverleners) sterk heeft verbeterd. Ook werden 306 jongeren met suïcidale gedachten doorverwezen binnen 48 uur dankzij de screening van de GGD (onder ongeveer 3.000 scholieren). “Door STORM werden partijen verplicht om samen te werken om gezamenlijk na te denken over mogelijk knelpunten. Die samenwerking loopt nu nog steeds door en dat is mooi om te zien”, zegt Gijzen.
De promovendus onderzocht ook welke kenmerken en symptomen bij depressie en suïcidaliteit centraal staan aan de hand van een netwerkanalyse. Ze gebruikte hiervoor de vragenlijsten van de GGD. Dat liet zien dat eenzaamheid bij zowel depressie als suïcidaliteit het meest centraal staan. “Het wil niet automatisch zeggen dat eenzaamheid het meeste voorkomt, maar wel dat dit het meeste heeft invloed op andere symptomen en dat eenzaamheid een sterke link heeft met suïcidale gedachten. Preventie hoeft dus niet specifiek op suïcide gericht te zijn, maar je kunt depressie- en suïcidepreventie dus beter gezamenlijk aanpakken.”
Bron: Erasmus University Rotterdam
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.