Bijna 175 academici die net zijn gepromoveerd en daarmee aan het begin van hun wetenschappelijke carrière staan, krijgen een Veni-beurs van de overheid. (De naam is afgeleid van Julius Caesar’s uitspraak ‘Veni, vidi, vici’.) In dit geval veni, want de ontvangers zijn veelbelovende onderzoekers, zegt de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Zij kunnen met het geld hun eigen onderzoeksideeën ontwikkelen. Een aantal van die onderzoeken zijn op het gebied van mentale gezondheid of ggz. We lichten ze hieronder uit.
Thomaz Bastiaanssen (Amsterdam UMC) - Examining microbiome-immuno-metabolic pathways in depressive and anxiety disorders
Onze darmbacteriën spelen een belangrijke rol in mentale gezondheid, maar hoe precies is onbekend. Door een nieuwe database te bouwen leert dit onderzoek welke bacteriën een rol spelen bij depressie en angst, wat die rol precies is, hoe ze die rol uitvoeren en hoe we uiteindelijk onze darmbacteriën gezond kunnen houden.
Tessa Blanken (UvA) - Sleep well, sleep tight: Unravelling sleep restriction therapy to promote sleep health and well-being
Slaap is sterk verbonden met hoe we ons voelen. Slapen we langdurig slecht, dan is er een grote kans op psychologische en fysiologische klachten. Ondanks een bewezen effectieve slaap-restrictie-therapie, knapt 50 procent te weinig op en begrijpen we onvoldoende hoe de verschillende processen op elkaar ingrijpen om gezonde slaap te bevorderen. In dit project worden klinische data, mathematische modellen van slaap en theorieën over de behandeling in een formeel model geïntegreerd. Zo kunnen we beter begrijpen hoe verschillende processen op elkaar ingrijpen en de mogelijkheden voor verbeterde behandelingen identificeren en toetsen.
Neeltje Blankenstein (LUMC) - Teenage Risk Taking in Times of Tiktok
Waar vroegere generaties opgroeiden in een ‘offline’ wereld, kent de huidige smartphonegeneratie jongeren geen wereld zonder internet. Jongeren worden gekenmerkt door verhoogd risicogedrag, maar we weten nog veel te weinig over risicogedrag in de online wereld, zoals het delen van persoonlijke informatie, online gokken, en sexting. Daarom onderzoek ik het online risicogedrag van jongeren vanuit drie theoretische invalshoeken. Met meerdere meetinstrumenten bekijk ik hoe online risicogedrag verandert over leeftijd, waarom sommige jongeren meer online risico’s nemen dan anderen, en hoe de digitale sociale context risicogedrag beïnvloedt, met als doel om gezond online gedrag in jeugd te bevorderen.
Tycho Dekkers (UMCG) – Meer dan het kind
ADHD is de meest voorkomende mentale stoornis bij kinderen. Het stellen van de diagnose ADHD kan echter onbedoeld leiden tot decontextualisatie, waarbij de problemen vooral aan het kind zelf worden toegeschreven en niet aan de interactie met de omgeving. Dit zorgt ervoor dat kinderen, hun ouders, leraren en zorgverleners denken dat de kinderen zelf de belangrijkste oorzaak zijn van hun symptomen. Hoewel ADHD door zowel biologische als omgevingsfactoren wordt veroorzaakt, ligt de nadruk in de samenleving vooral op biologische factoren zoals genetica en hersenfuncties. Omgevingsfactoren zoals armoede, mentale problemen van ouders, trauma, schermtijd, vroege verwaarlozing en de jongste zijn in de klas vaak worden vaak genegeerd. Hierdoor kan ADHD te simpel worden bekeken. Dekkers onderzoekt in hoeverre het diagnosticeren van ADHD leidt tot deze decontextualisatie, de mogelijke negatieve gevolgen hiervan en hoe deze gevolgen kunnen worden tegengegaan.
Sabrina van Heukelum (Radboudumc) - Het vrouwelijk brein bij stress: het blootleggen van moleculaire en circuitmechanismen van stressgevoeligheid
Ondanks het feit dat tweemaal zoveel vrouwen lijden aan post-traumatische stressstoornis (PTSS) vergeleken met mannen, is bijna al het preklinische onderzoek naar de onderliggende hersenmechanismen van PTSS verricht in mannelijke knaagdieren. Vrouwen reageren anders op trauma, zowel gedragsmatig als neurobiologisch. Daarom gaat dit project de reactie van vrouwelijke muizen op trauma in kaart brengen op zowel gedrags-, hersen- als gen-transcriptie niveau om dit vervolgens oorzakelijk te linken aan de gevoeligheid voor trauma. Dit onderzoek draagt bij aan ons begrip van het traumagevoelige vrouwelijke brein, waardoor mogelijk handvatten ontstaan voor optimale toekomstige behandelingen in vrouwen.
Josjan Zijlmans (Amsterdam UMC) - Getraumatiseerde jongeren helpen praten met psychedelica
Posttraumatische-stressstoornis bij jongeren kan levenslange gevolgen hebben als het niet behandeld wordt. Huidige therapieën helpen niet altijd, omdat praten over trauma moeilijk is. Deze studie onderzoekt of therapie met psychedelica geschikt is voor adolescenten, hoe het hen kan helpen, en of de effecten verschillen van die bij volwassenen.
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.