Mensen met symptomen van een eetstoornis hebben baat bij online hulp. Dat blijkt uit onderzoek van psycholoog Jiska Aardoom met het E-health zelfhulpprogramma ‘Featback’. Een online psycholoog erbij verhoogt niet de effectiviteit, maar wel de tevredenheid van de deelnemers. Jiska Aardoom promoveert op woensdag 7 december.
Minder eetproblemen door Featback
‘Featback’ is een online zelfhulpprogramma waarbij mensen wekelijks een vragenlijst invullen over hun eetstoornis en daar feedback op ontvangen via een geautomatiseerd systeem. In het promotieonderzoek van Aardoom blijkt Featback de eetstoornisproblematiek te verminderen en daarnaast ook de symptomen van angst, depressie en piekeren. Online ondersteuning van een psycholoog, één keer of drie keer per week blijkt het programma niet effectiever te maken. Wel zijn de deelnemers die Featback ontvangen met daarbij online ondersteuning van een psycholoog meer tevreden over het programma dan gebruikers zonder die ondersteuning.
Opzet van het onderzoek
Kan E-health de gezondheidszorg voor mensen met eetstoornissymptomen verbeteren, en zo ja hoe? Om deze vraag te beantwoorden werden in het onderzoek van Aardoom 354 mensen met eetproblemen op willekeurige wijze toegewezen aan Featback met óf zonder online ondersteuning (chat, e-mail of Skype) van een psycholoog. Anderen werden op een wachtlijst geplaatst als controlegroep. Deelnemers vulden vragenlijsten in bij de start van de studie, na de interventie van 8 weken, en bij de 3- en 6-maanden follow-up.
Interventie zonder psycholoog
Gedrag monitoren is een techniek die veel wordt gebruikt in cognitieve gedragstherapie. Het kan mensen helpen om inzicht te krijgen in hun klachten. De geautomatiseerde feedbackberichten bevatten steun en tips om met eetproblemen om te gaan. Zowel symptomen monitoren als daarop feedback ontvangen lijken samen een krachtige interventie. Die kan al effectief zijn om symptomen van een eetstoornis te verminderen, zonder enige tussenkomst van een psycholoog.
Onbekend probleem maakt onbemind
Eetstoornissen kunnen vaak onopgemerkt blijven. Want een groot deel van de mensen zoeken en/of ontvangen geen professionele hulp. Daarnaast zijn bestaande behandelingen vaak matig effectief. Naar schatting een derde tot de helft van de patiënten valt na behandeling terug. Het is daarom van groot belang om de toegankelijkheid, beschikbaarheid, en kwaliteit van de gezondheidszorg voor deze kwetsbare groep mensen te verbeteren.
Nieuwe groep bereiken met E-health
De onderzoeksresultaten pleiten er volgens Aardoom voor om te investeren binnen het huidige zorgsysteem, zowel in de ontwikkeling, implementatie als het inbedden van E-health programma’s voor mensen met eetproblemen. ‘E-health lijkt een nieuwe groep mensen te bereiken,’ blikt de promovenda vooruit. ‘Dat betekent dat de kloof tussen mensen met eetproblemen en de hulpverlening verkleind zou kunnen worden. Wel moeten we kritisch kijken naar de inzet van psychologen bij E-health programma’s: meer en intensievere ondersteuning levert niet per definitie meer verandering in symptomen op.’
Kosten gezondheidszorg verlagen
Zelf is Aardoom definitief verkocht voor Featback. Ze zou heel graag als wetenschapper werkzaam blijven binnen het onderzoeksveld van eetstoornissen en/ of E-health. Daarvoor zoekt wetenschapper Aardoom financiering voor verder onderzoek naar Featback. ’Want voor wie werkt wat nou precies? Kan de inzet van ervaringsdeskundigen de effectiviteit van het programma verhogen? Want die begrijpen als geen ander waar mensen met eetproblemen tegenaan lopen. De terugvalpercentages zijn aanzienlijk (30-50%). Met Featback kunnen we mogelijk terugval eerder signaleren en sneller een behandeling op maat bieden. De verwachting is dan dat er kortere en minder intensieve interventies nodig zijn. De gezondheidszorgkosten zullen dan uiteindelijk ook lager zijn.’
Bron: Universiteit Leiden