De poh-ggz in tijden van corona
Problemen die tijdens de behandeling plotseling veranderen, verdwijnen of toenemen; een compleet andere manier van werken; een afname van het aantal aanmeldingen en minder contact met je collega’s. Zoals voor iedereen, veranderde ook het werk van de poh-ggz toen het corona-virus verscheen.
In de week van 16 tot 20 maart was ik, stomtoevallig, vrij. Het was de week waarin de minister-president verregaande maatregelen aankondigde vanwege de corona. Via de groepsapp bleef ik op de hoogte van de veranderingen in de huisartsenpraktijk waar ik als poh-ggz werkzaam ben. Toen ik na die week weer begon, leek het of ik een andere baan had: niets was hetzelfde.
Een paar weken later ging ik in een webinar via Zoom in gesprek met Kawa Al Ali, voorzitter van de Landelijke Vereniging poh-ggz. Onderwerp: de gevolgen van de corona-crisis voor het werk van de poh-ggz. Honderd leden van de vereniging volgden het webinar.
Onderstaand een impressie van de veranderingen, gebaseerd op de voorbereiding van het webinar (een uitgebreide belronde en wat uitzoekerij), ervaringen van mijzelf en collega’s, het webinar zelf en de reacties daarop tijdens en na het webinar.
Verschuivende problematiek
Plotseling willen mensen waar al contact mee is andere problemen met je bespreken. Problemen die zijn veroorzaakt door de lock-down, door de corona zelf of door zorgen over de toekomst. Een niet volledige opsomming: toenemende vereenzaming, relatieproblematiek, al dan niet terechte zorgen over baanzekerheid, angst voor besmetting, conflicten met de werkgever over al dan niet thuiswerken, toenemende depressieve klachten doordat copingstrategieën als sport en dagbesteding wegvallen, terugval in verslavingsgedrag of dreigende verslaving, schuldgevoel bij mantelzorgers die moeten kiezen tussen wel of niet bezoeken, onmacht bij mantelzorgers die niet mógen bezoeken. Én de gevolgen daar weer van, zoals slapeloosheid en stressklachten.
Een enkele cliënt gebruikt de plotseling beschikbare tijd om (een deel van) de problemen op te lossen: ze volgen een mindfulnesstraining (online uiteraard), nemen stappen in de richting van een nieuwe carrière of pakken de chaos in hun huis aan. Ook bij hen zal de inhoud van de gesprekken veranderen, zij het dat het misschien wel een positieve wending is.
Stuwmeer
Tegelijkertijd lijkt het aantal aanmeldingen via de huisarts terug te lopen. Daar is niet één verklaring voor. De meest waarschijnlijke is dat mensen hun problemen nu niet belangrijk genoeg vinden om zich bij de huisarts te melden. Ik heb meerdere variaties gehoord op het thema ‘jullie hebben het al zo druk’. Het kan natuurlijk ook zijn dat mensen nu andere problemen aan hun hoofd hebben en dat de psychische problemen even op de achtergrond raken. Veel mensen met een dreigende burnout lijken bovendien de lockdown te gebruiken om tot rust te komen, in de twijfelachtige veronderstelling dat de stress na de crisis weer hanteerbaar is. Ook zij zullen zich niet bij de huisarts melden.
Of al dat uitstel ervoor gaat zorgen dat er, na de crisis, een stuwmeer van aanmeldingen ontstaat of dat veel klachten misschien wel vanzelf verdwijnen moet de tijd leren. Er wordt wel gezegd dat de wachtlijst even heilzaam is als de therapie zelf. Voor sommige mensen zal dat gelden, zeker niet voor iedereen.
(Beeld-)bellend vanuit je eigen huiskamer
Ondertussen werkt het overgrote deel van de poh-ggz’s vanuit huis, bellend of beeldbellend. Soms is dat voldoende om lopende behandelingen te continueren en nieuwe te starten, soms is het absoluut onvoldoende. Beeldbellen geeft vaak wat meer mogelijkheden dan telefoneren, maar het is een misverstand dat iedereen de mogelijkheid daartoe heeft (volgens het CBS heeft 5% van de Nederlanders van 12 jaar of ouder nog nooit internet gebruikt!).
Zowel van cliënten als van poh-ggz’s hoor ik dat het een verarming is van het contact: cliënten vinden het lastiger om hun verhaal te vertellen, poh’s vinden het vermoeiender om een hele dag geconcentreerd te blijven. Ze moeten scherp blijven om hun vragen anders te stellen dan voorheen en alerter zijn op signalen die ze normaliter meteen ‘zien’. Non-verbale communicatie is tenslotte vrijwel altijd een essentieel onderdeel van de totale communicatie, beeldbellen vangt dat maar ten dele op.
Face-to-face-contact wel degelijk een mogelijkheid
Misschien een open deur, maar zowel de richtlijn van GGZ-Nederland als de richtlijn voor de huisartsen, stelt dat (beeld-)bellen face-to-face gesprekken kán vervangen, op voorwaarde dat dat de behandeling niet in de weg staat. Met andere woorden, in tegenstelling tot wat veel gedacht wordt is face-to-face-contact wel degelijk een mogelijkheid, als dat noodzakelijk is voor adequate zorg, én als er voldoende rekening wordt gehouden met het risico op besmettingsgevaar. Evident dat daarover overleg met de huisarts gewenst is, zowel over de noodzaak van het face-to-face contact als over het risico op besmetting. Een aantal collega’s, waaronder ikzelf, gaan daarbij soms wandelen met hun cliënten. Het is dan wel zaak tijdens het gesprek te letten op zaken als privacy en herkenning door buurtgenoten, al zal dat laatste in een dorp meer spelen dan in de grote stad.
Van verschillende poh-ggz’s hoorde ik ook dat zij extra contact zoeken met mensen, waarmee ze in normale perioden slechts incidentele afspraken hebben. Verstandig, lijkt me, juist die groep die het blijkbaar nodig heeft om ‘een lijntje’ te houden, loopt het risico te ontregelen, nu dagbesteding en routine wegvalt.
Daarmee verband houdend komt het vaak voor, dat contacten korter zijn, maar wel frequenter. De insteek is dan meer coachend: ‘Hoe zorg je ervoor dat je deze periode doorkomt, het hoofd boven water houdt’.
En verder, ter overdenking
=> In de serie open deuren: denk bij thuis beeldbellen aan je presentatie. De politieke poster die jij niet meer ziet, kan voor je cliënt een heel andere betekenis hebben. Dat naaktschilderij van Matisse op de achtergrond, is voor sommigen shockerend. Een leeg bierflesje in beeld is ook geen goed idee. Vrijetijdskleding terwijl je normaal een stropdas draagt kan de indruk geven dat je het gesprek niet serieus neemt. Ik verzin deze voorbeelden niet!
=> De meeste hulpverleners zullen met een anoniem nummer bellen. Niet iedereen neemt die op, sommigen hebben anonieme nummers zelfs geblokkeerd en zullen dus zeker niet opnemen.
=> Er is veel te doen over beeldbellen en privacy. What’s App, Skype en Facebook Messenger zijn niet bepaald veilig, er zijn voldoende veilige alternatieven. Is Face-timen onontkoombaar, houd er dan rekening mee dat de privacy niet gewaarborgd is en zeg dat ook tegen je cliënt.
=> Nogmaals: zowel de richtlijn van GGZ-Nederland als de richtlijn voor de huisartsen, stellen dat (beeld-)bellen face-to-face gesprekken kán vervangen, op voorwaarde dat dat de behandeling niet in de weg staat. Met andere woorden: face-to-face-contact is wel degelijk een mogelijkheid, als dat noodzakelijk is voor adequate zorg, én als er voldoende rekening wordt gehouden met het risico op besmettingsgevaar.
=> In veel gevallen kan het nuttig zijn om vaker contact te hebben, ook al zijn die contacten misschien wat korter.
=> Voor veel mensen voelt de situatie als een nieuwe baan. Nieuwe banen kosten veel energie, om de eenvoudige reden dat alles nieuw is. Zorg goed voor je cliënten, maar vergeet niet ook voor jezelf te zorgen.
Willem Gotink is hoofdredacteur van GGZ Totaal en tevens POH-GGZ.
Soms combineert hij beide functies.